Rijkswaterstaat gebruikt hoogovenafval (staalslakken) bij het verbeteren van de Zeeuwse vooroevers; de basis van de dijken. Kreeftenvissers, duikers en natuurliefhebbers vinden dat Rijkswaterstaat daarbij geen hoogovenafval moet gebruiken maar natuurvriendelijker materiaal. Ook vinden zij dat de rijksdienst extra haar best moet doen om de gebieden waar in zee gestort wordt te herstellen, zodat kreeften en ander zeeleven een betere toekomst hebben.
Onlangs liet minister Schultz van Haegen (Milieu) weten dat de staalslakken die bij Wemeldinge (cluster 3) gestort worden een ecologische afdeklaag krijgen. De staalslakken blijven het hoofdgerecht, maar Rijkswaterstaat serveert ze met een topping van breuksteen. Een ‘verstandige’ aanpassing van het menu, maar het smaakt naar meer. De overige stortlocaties in de Oosterschelde krijgen immers geen afdeklaag. Ook de drie locaties die dit jaar langs de kust van Schouwen-Duiveland worden bestort, krijgen geen ecologische afdeklaag. Dat is jammer en onwenselijk, want geheel afdekken is in ieder geval beter dan niets.
Stichting de Oosterschelde vindt al jaren dat Rijkswaterstaat helemaal moet stoppen met het storten van staalslakken ten behoeve van dijkversteviging. Hoogovenafval hoort niet in de natuur, afgedekt of niet.